zondag 1 februari 2015

De camper, de auto en de dood

Linda en ik zijn het nieuwe jaar begonnen met een grondige herschikking van onze transportmiddelen. Na verschillende jaren kwijlend rondlopen op Mobicar de jaarlijkse beurs voor campers en caravans, na acht jaar zwerven met onze compacte Viano Marco Polo campeerwagen en na een testvakantie vorig jaar met een gehuurde "volwaardige" camper hebben we een besluit genomen: we ruilen de Marco Polo na acht jaar en 230.000 km trouwe dienst in voor een Benimar Tessoro 485 ( te bewonderen op youtube, voor de nieuwsgierige geesten).

Vaarwel Marco Polo
De Viano heeft amper 1 dag op Kapaza gestaan en was al verkocht. Aan Rolf en Jenny, een gezellig paar Nederlanders, die in het Belgische Eksel wonen en die houden van fotografie en wandelvakanties in het hoge Noorden. De Marco Polo is bij hen in goede handen. De stevige zescylinder motor met automatische versnelling en 204 pk kan hen wellicht nog 200.000 km trouw dienen.

Omdat de Marco Polo ook dienst deed als mijn dagelijkse auto ( wat moeilijker kan met een camper van meer dan 7 meter lang en 2,80 meter hoog) moet ik nu dus ook een andere auto aanschaffen.
Omdat auto's mij nauwelijks interesseren heb ik geen idee van wat er zoal te krijgn is vandaag. Dus maar een zestal autodealers afgeschuimd. Ik had telkens vier vragen: ik wil een automaat ( na 15 jaar comfort van een automatische versnellingsbak lach ik meewarig met hen die denken dat een handgeschakelde auto " sportiever" rijdt: gewoon het zoveelste bewijs van de angst voor verandering en de illususie van meer controle?), ik wil een hoge instap ( omwille van mijn kwetsbare rug), vijf deuren ( om makkelijk de kleinkinderen en hun spullen te vervoeren) en een relatief compacte auto. (Dat laatste is inderdaad relatief, want als je acht jaar met een Viano hebt gereden is zowat elke auto compact.) Onze keuze viel op een Kia Venga. Stockmodel. Leverbaar binnen 14 dagen.
Voor de levering van de camper moeten we wachten tot begin april.

Welkom verlangen
Deze uiterst lange inleiding om de context te begrijpen waar mijn gedachten naartoe dwalen tijdens het mediteren.

De overheersende emotie is dan verlangen. Wat is dat verlangen? De behoefte aan een nieuwe ervaring? Dus de behoefte aan nieuw verhaal? Een verhaal dat zich opstapelt bij al de vorige verhalen van de dingen, gebeurtenissen, ontmoetingen waar ik ooit heb naar verlangd.  Die eens warme verlangens van vroeger zijn nu gekoeld en gestold, als een extra laag lava op de onblusbare vulkaan van mijn verlangens. Wat schuilt er in de kern van die vulkaan? Een behoefte aan verandering? Ik weet het niet en ik bekijk het met open nieuwsgierigheid. 'Mediteren is niet het ophouden van het denken, wel het ophouden van het weten,' las ik ooit.

Ongeduld als onderstroom?
Onder dat verlangen schuilt ook een zeker ongeduld, een vrij aanwezige emotie in mijn leven. Waar ik me als actieve mediterende ook steeds meer van bewust ben. Ongeduld als de auto voor mij enkele seconden aarzelt nadat het licht op groen is gesprongen. Ongeduld bij het wachten op de lift. Ongeduld als een gesprekspartner een te lange omweg maakt om tot de kern te komen.
Ongeduld heeft te maken met het gevoel dat het verstrijken van de tijd op mij heeft. De tijd tikt meedogenloos verder, aan zijn eigen rechtlijnig tempo. De tijd heeft mij niet nodig. Ik heb de tijd nodig, als een soort position check: waar sta ik nu? hoeveel heb ik al afgelegd? hoeveel moet ik nog afleggen?

De kern van de vulkaan
Tot ik plots besef dat dit verlangen, dit ongeduld de rusteloze energie is die mij stuwt naar een tijdstip dat vast en zeker weer dichter ligt bij het moment van mijn dood.  Dat besef van mijn eindigheid, doet me inzien hoe goed het is in het hier en nu, waar de verhalen van mijn verlangen nog niet gestold zijn, maar veranderlijk en boetseerbaar.
Misschien komt er een moment dat ik zal zien wat er in de kern van mijn vulkaan van verlangen schuilt?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten