woensdag 21 januari 2015

Als je mijn naam noemt ben ik er niet meer. Wie ben ik?

Als je ooit de prachtige film La Vita e Bella van Roberto Benigni  hebt gezien, ken je het antwoord op het bovenstaande raadsel.

De stilte.

Ik noem ze de sterke stilte: ze draagt alles, van het zachte gefluister van de verliefden tot de decibelstorm van de Tomorrowland deejays.

Onwaarschijnlijk wat er allemaal gebeurt in dit zwangere niets.

De stilte duwt je met je neus op de spiegel van je bewustzijn, waarin de woelige onderstroom van je angsten, frustraties en vermoeidheid meedogenloos weerkaatst wordt. Fel en heftig.
Dat was ten minste de ervaring van de meerderheid van de tien deelnemers aan onze zesweekelijkse Stiltedag georganiseerd door Björn Prins in de zalige rust van Metanoia.

Ondanks deze inwendige worstelingen is er niemand vloekend weggelopen. Toch niet lichamelijk.  Iedereen bleef trouw de hele dag door drie kwartier zitten, drie kwartier stappen van kwart na negen tot half vijf. Zonder een woord te spreken.  Ook niet tijdens de maaltijd. Een ruwe, ongecensureerde confrontatie met al datgene waar je anders, dankzij de drukte van elke dag, niet hoeft naar te kijken. Al datgene dat je doordeweeks negeert of waar je van wegloopt, steekt nu uitdagend zijn middenvinger naar je op.

Er naar kijken en voelen wat het met je doet.
Dat is de kern van de oefening. Geconcentreerd en alert.

Dick merkte wat teleurgesteld op dat mediteren geen vaardigheid is die  zich in een rechte stijgende lijn ontwikkelt naarmate je meer oefent. Dit in tegenstelling tot de meeste andere vaardigheden.

Ook dat behoort tot de essentie van deze praktijk: the beginners mind.

Telkens weer opnieuw en opnieuw kijken. En beseffen dat de geest toch doet wat hij wil. Dat je daar geen controle over hebt. The heart is beating, the lungs are breathing and the mind is minding.

Je zit midden in de soap van je eigen leven, zonder dat je verdomme maar een iota kan veranderen aan het script. ( Joost, terwijl ik dit typ op de iPad, met in de koptelefoon het lazy table jazz kanaal van Spotify, zie ik vanuit mijn ooghoeken die andere soap: Thuis. Is dit de vluchtroute die veel mensen gebruiken om niet naar hun eigen soap te hoeven kijken? Of is dit intellectuele arrogantie van mijn kant?)

Ik voelde me een beetje schuldig toen ik aan het einde van de dag moest bekennen dat het voor mij een dagje Boudewijnpark was. Daarmee wilde ik alluderen op hun reclameslogan: een dol fijn dagje. Ik voelde me tijdens het mediteren vrij als een dolfijn die dartel duikt en zwemt in een oceaan van dankbaarheid. Dankbaarheid dat Wouter er weer bij is. Dankbaarheid voor die nieuwe mensen. Dankbaarheid voor die prachtige plek. Maar vooral dankbaarheid voor mijn lieve vrouw, onze beide zonen, onze beide schoondochters en onze vier zalige kleinkinderen.

Er is nochtans op dit moment veel onzekerheid in mijn leven. Als full time professional speaker zijn mijn voordrachten mijn enige bron van inkomen. Zullen en er de komende maanden voldoende voordrachten geboekt worden? Nu ik mij op een nieuw domein begeef? Geen flauw idee. Ik heb die onzekerheid maar een paar keer opgemerkt tijdens de dag. Ik heb ze in mijn armen genomen, ze diep in de ogen gekeken er ermee geslowed.  Als ik een beetje sluimerende angst voelde was dat eerder in de zin van: ga ik door al dat geluk geen doetje worden, ga ik nog wel sterk genoeg zijn als het tij keert en de stormen zullen razen, zoals tien jaar geleden?

En dan zag ik meneer De Uil uit de Fabeltjesland die me zei: "Dat zien we morgen dan wel weer".



Geen opmerkingen:

Een reactie posten